Artikelen
05-09-2024
Heffingsbevoegdheid over lijfrente-uitkeringen uit Nederland
05-09-2024
UWV heeft gedifferentieerde premies Werkhervattingskas 2025 vastgesteld
05-09-2024
Hof oordeelt over fiscaal inwonerschap van Nederland
05-09-2024
Het verzwijgen van inkomen bij faillissement liep verkeerd af
05-09-2024
Belasting in Nederland of het buitenland? Rechtbank geeft duidelijkheid
29-08-2024
Vrijstelling piloteninkomen Turkije ten onrechte geweigerd?
29-08-2024
Bekendmaking belastingaanslagen aan ontbonden rechtspersoon
29-08-2024
Loonstop ten onrechte opgelegd
22-08-2024
Was de inspecteur te laat met een navorderingsaanslag?
22-08-2024
Hof bevestigt correcties inspecteur: aftrekposten niet onderbouwd
De rechtbank heeft op verzoek van een werkgever de arbeidsovereenkomst van een werknemer ontbonden wegens verwijtbaar handelen. Aan de werknemer is in het kader van de dienstbetrekking een auto ter beschikking gesteld. De werknemer heeft aan de werkgever een verklaring geen privégebruik auto overhandigd. Daarin heeft de werknemer verklaard met de auto niet meer dan 500 kilometers per jaar privé te rijden.
Nadat de werknemer de auto heeft ingeleverd, ontdekte de werkgever een onverklaarbaar hoge kilometerstand en een groot aantal tankbeurten. Ondanks herhaalde toezeggingen heeft de werknemer geen rittenadministratie verstrekt aan de werkgever. De werknemer heeft later toegegeven dit niet te kunnen. Een verklaring voor het hoge aantal kilometers en de vele tankbeurten heeft de werknemer niet gegeven.
De kantonrechter acht het handelen van de werknemer verwijtbaar en heeft de arbeidsovereenkomst ontbonden op een termijn van een maand na de beschikking. Hoewel de werknemer reeds geruime tijd ziek was, staat het opzegverbod wegens ziekte aan de ontbinding niet in de weg omdat de opzegging geen verband houdt met de ziekte. De werknemer heeft wegens de ontbinding van het contract recht op de transitievergoeding. Alleen in uitzonderlijke gevallen kan een werknemer het recht op die vergoeding verliezen. Het verwijtbare handelen van de werknemer ging niet zo ver dat zich een dergelijk uitzonderlijk geval voordeed, aldus de kantonrechter.
Bron: Rechtbank Zeeland-West-Brabant | jurisprudentie | ECLINLRBZWB2024818, 10787677 AZ VERZ 23-73 (E) | 07-02-2024